SKS bijgeschreven in Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland
Vandaag werd bekend dat het SKS kampioenschap skûtsjesilen is bijgeschreven in de Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland. Op deze lijst staan inmiddels meer dan 160 vormen van immaterieel erfgoed, waaronder ambachten, feesten en sociale praktijken. Met de bijschrijving in de Inventaris laten de gemeenschappen zien, dat ze bezig zijn met de borging van hun immaterieel erfgoed en werken ze aan de zichtbaarheid ervan.
Plaatsing op deze Inventaris Immaterieel Erfgoed is de landelijke erkenning zoals die is geratificeerd door Unesco. Het is behalve een belangrijke erkenning op zich tevens het voorportaal voor verwerving van de wereldwijd erkende status als Unesco Werelderfgoed.
De unieke cultuur van het SKS skûtsjesilen, in een provincie waar water alom vertegenwoordigd is, behoort met recht tot de trots van de provincie. Mede dankzij langgekoesterde warme banden, en het feit dat je als winnaar van het SKS skûtsjesilen wordt gewaardeerd als een koning, hoeft niemand ooit aan een Fries uit te leggen waarom het SKS skûtsjesilen bewaard zou moeten worden voor toekomstige generaties.
Openheid en toegankelijkheid vandaag de dag maken het SKS skûtsjesilen van iedereen. Juist daarom acht het SKS-bestuur het belangrijk dat de kernwaarden vastgelegd en gekoesterd worden. Voor een stuk blijvende erkenning in Fryslân, Nederland en daarbuiten.
Met de prachtige SKS-wedstrijden laten we zien waarvoor de skûtsjes in het begin van de 20-ste eeuw werden gebouwd, namelijk om zo snel mogelijk met vracht onder zeil van a naar b te gaan door de nauwe en ondiepe wateren van de provincie Fryslân. Hiermee is de SKS gewaardeerd drager van het collectief geheugen.
Van overlevering naar educatie
Om het skûtsjesilen door te geven aan de volgende generatie zeilde de skûtsjejeugd vroeger tegen elkaar in vletjes. De ‘fletsjesilers’ van toen zijn de ‘skûtsjesilers’ van nu. Het oorspronkelijke ‘fletsjesilen’ kan worden gezien als basis van het Jeugdsilen zoals dat tegenwoordig jaarlijks wordt georganiseerd.
Foto boven: Martin de Jong